Ontwikkelingen
- Brandweerzorg
De brandweerposten hebben nog voldoende vrijwilligers om goede hulp te verlenen, maar de VRD constateert dat het huidige organisatiemodel met de inzet van vrijwilligers op de langere termijn tegen de grenzen van het eigen stelsel aanloopt. Dit betekent dat het huidige model van brandweerzorg steeds meer onder druk komt te staan. Naast deze maatschappelijke ontwikkelingen nemen de technologische ontwikkelingen steeds sneller toe en staat het behoud van de rechtspositie van brandweervrijwilligers onder druk. Al deze ontwikkelingen geven voor de VRD aanleiding om continu te kijken of en waar verbetering nodig is, met als uiteindelijk doel de burger zo goed en efficiënt mogelijk te helpen. Met als uitgangspunt het behoud van vrijwilligheid bij de Drentse brandweerkorpsen, vanuit het belang van de maatschappelijke verankering van de brandweerzorg.
- Rampenbestrijding & crisisbeheersing
De VRD blijft zich samen met de ketenpartners inzetten om de functionarissen die een rol hebben in de rampbestrijding- en crisisbeheersing op te leiden, te trainen en te oefenen. Dit gebeurt op een wijze die aansluit op de behoeften van de functionarissen en de ontwikkelingen in de maatschappij (bijvoorbeeld terrorismebestrijding). Het blijkt moeilijk te zijn om tot gezamenlijke oefeningen te komen en voorbereidingen op planvorming staan onder druk. De VRD wil zich de komende jaren inzetten om de voorbereiding op rampen en crises met alle netwerkpartners weer een nieuwe impuls te geven. Temeer omdat crises zich (ook) steeds ontwikkelen; van een klassiek fysiek incident gaan we steeds vaker naar een complex probleem dat het maatschappelijk leven in zijn geheel aantast.
- Omgevingswet
De komst van de Omgevingswet in 2022 heeft gevolgen voor bijvoorbeeld de advisering rond (ver)bouw van objecten door de brandweer en bij evenementen door brandweer en GHOR. Tot de inwerkingtreding van deze nieuwe wet geeft de VRD invulling aan haar advies- en toezichtstaak. Samen met gemeenten en ketenpartners bereidt de VRD zich voor op de invoering van deze nieuwe wet. Daarnaast moet in brede zin de eigen organisatie klaar zijn met de voorbereidingen om goed om te gaan met de nieuwe aanpak van “Ja, mits” in plaats van “Nee, tenzij”.
Wat hebben we bereikt?
- 2020: en toen liep alles anders.
De voornemens voor beleidsontwikkeling in 2020, liepen door COVID-19 allemaal anders. De organisatie VRD heeft in haar bestaan nog nooit een regio brede opschaling tot GRIP 4 meegemaakt die zolang geduurd heeft en die zoveel maatschappelijke impact heeft. Ook medewerkers zagen “hun VRD” veranderen. 2020 zou het eerste jaar zijn van de uitvoering van de beleidsvisie van de VRD.
Die beleidsuitvoering heeft in 2020 stilgelegen. Maar de COVID-19 crisis heeft wel veel lessen opgeleverd en effecten die waardevol zijn. Het beleidsproces start weer op begin 2021 en zal verrijkt worden met de leereffecten van deze COVID-crisis.
- Bestrijding COVID-19.
Vanaf het begin van 2020 is vanuit de VRD veel energie en mankracht ingezet voor de COVID-19 crisis. Dit zorgde voor werk buiten de gebaande paden, ook in avonden en weekenden.
Er is een crisisorganisatie gevormd met medewerkers van de VRD, GHOR en gemeenten die onder leiding stond van twee operationeel leiders die zijn vrijgemaakt uit de reguliere organisatie.
De landelijke maatregelen en de vertaling naar de Drentse situatie legden een groot beslag op de organisatie. De maatregelen werden vertaald in een model noodverordening, die regionaal weer werd aangepast en vastgesteld. Elke twee weken werd een vergadering van het Regionaal Beleidsteam van de Drentse burgemeesters, voorbereid, georganiseerd en afgewikkeld.
Er is extra expertise aangetrokken op bijvoorbeeld juridisch vlak om in te kunnen spelen op de vraagstukken die op de veiligheidsregio afkwamen.
- Brandweerzorg
Na de uitbraak van COVID-19 is de werkwijze van de brandweer aangepast. Dit is gedaan om het besmettingsgevaar voor hulpverleners en getroffenen zo klein mogelijk te maken. Een ingrijpende verandering, want de werkwijze en fysieke inrichting van de brandweer zijn gebaseerd op intensieve samenwerking in elkaars directe nabijheid.
- Er is een paraatheidsysteem opgezet. Dit systeem draagt bij aan het borgen van parate brandweerzorg bij uitval door ziekte van brandweervrijwilligers. De paraatheid was tijdens de eerste golf niet in gevaar, omdat veel vrijwilligers thuis werkten en dus snel inzetbaar waren. Er waren toen relatief weinig COVID-19 besmettingen in Drenthe.
- Er zijn nieuwe procedures ingevoerd. De kern daarvan is dat brandweerlieden voldoende afstand houden tot elkaar en hun omgeving om besmettingsgevaar te reduceren. Dit is een ingrijpende cultuurverandering en implementatie daarvan kostte veel tijd en energie.
- Kazernes, voertuigen en materieel zijn “coronaproof” gemaakt.
- Er stond een veelheid aan oefeningen, trainingen en bijscholingen gepland. Veel hiervan zijn geannuleerd. Er zijn wel nieuwe vormen van trainingen ingezet, zoals webinars en online trainingen.
- De VRD gaat verder met haar proces om de brandweerzorg op een andere wijze in te
- richten waarbij voorop staat de hulpverlening aan de inwoners goed en financieel verantwoord te blijven organiseren. Behoud van vrijwilligheid is daarbij een belangrijke pijler.
- Repressie.
De coronamaatregelen hadden impact op de repressieve brandweerzorg. Zo zijn medewerkers, die normaal de repressieve brandweerzorg ondersteunen, ingezet voor crisistaken. Ook werd het een uitdaging om het primaire proces van incidentbestrijding en opleiden & oefenen op een verantwoorde wijze te laten functioneren. Voor incidentbestrijding is voortdurend gemonitord hoe het met de paraatheid stond. Deze paraatheid is in 2020 goed geweest, omdat brandweervrijwilligers meer thuiswerkten en snel inzetbaar waren. De uitruk is op allerlei fronten (zoals beschermingsmiddelen en samenstelling brandweervoertuigen) aangepast om de kans op besmetting zo klein mogelijk te maken.
- Rampenbestrijding & crisisbeheersing
De crisisorganisatie VRD, met al haar samenwerkende partners, heeft in 2020 laten zien dat zij ook
een maatschappelijke crisis aan kan met zowel personeel van de VRD-organisatie als van de 12 gemeenten en andere partners. De crisisbeheersingsorganisatie moet doorgroeien in die rol. De VRD zet daarom de komende jaren in op het voorbereiden op ongekende crises vanuit multidimensionale crisisbeheersing en het belang van het uitbreiden en onderhouden van het crisisnetwerk.
Leereffecten.
De VRD geeft aan dat dat belangrijke leerpunten uit de huidige COVID-19 crisis zijn:
- Een opgeschaalde crisis waar alle twaalf gemeenten onderdeel van uit maken (in een GRIP 4)is anders dan een crisis op lokale schaal. Het is van belang om beter voorbereid te zijn en te doorleven waarin zo’n bovengemeentelijke crisis anders is dan gebruikelijk.
- Cruciale crisisfunctionarissen komen uit allerlei organisaties, VRD, gemeenten en andere ketenpartners. Het is van belang om hier regie en gezag over te hebben als bestuur van de VRD. Op die manier kan de kwaliteit en capaciteit worden geborgd.
- De GHOR is een belangrijke speler in een crisis, maar heeft een ingewikkelde positie. Er wordt gewerkt aan de verbetering van die positie.
- Het is van waarde om voorbereid te zijn op te verwachten crises en onverwachte crises. Dit vraagt om een flexibele en wendbare crisisorganisatie.
- Omgevingswet
Binnen het omgevingsplatform Drenthe werken gemeenten, VRD, RUD, GGD en waterschappen nauw samen aan de implementatie van de Omgevingswet. Deze werkzaamheden zijn ook in 2020 digitaal doorgegaan. Subgroepen leverden diverse deelproducten op, zoals de processchema’s rond vooroverleg en vergunningverlening. Met deze schema’s kan een vergunning niet meer in 26 weken, maar in 8 weken worden afgegeven. Ook is er gewerkt aan zogenaamde omgevingstafels. Dit is een samenwerkingsvorm die een integrale afweging mogelijk maakt met als uitgangspunt: ”hoe kunnen we een initiatief mogelijk maken?”
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Naast de hierboven genoemde zaken heeft de VRD onder andere het volgende gedaan.
- Digitaal oefencentrum
Omdat het fysiek oefenen werd stilgelegd, is de VRD gestart met online webinars. In zeer korte tijd is een studio ingericht in Klazienaveen van waaruit is begonnen met uitzenden. De webinars werden goed ontvangen en kwam deze vorm van oefenen en verbinding leggen snel op gang. Ook andere teams binnen de VRD pakten dit op en werd dit proces gezamenlijk verder geprofessionaliseerd. Deze vorm van verbinden is gemeengoed geworden.
Digitaal oefenen is niet nieuw bij de brandweer. Oefenen in virtuele scenario’s bestaat al vrij lang en het realistisch gehalte van dit soort oefeningen neemt snel toe. De crisis heeft digitaal oefenen een duw gegeven, die we ook na de crisis willen vasthouden. Voorheen werd bijscholing aanboden door fysiek aanwezig te zijn op posten en het oefencentrum, dit wordt in de toekomst vaker digitaal aangeboden. De komende jaren worden gebruikt om een goede balans te vinden tussen fysiek en digitaal oefenen. Ook de medewerkers van vakbekwaamheid gaan hierin mee en moeten daarin bijgeschoold worden. De eerste stappen hierin zijn in 2020 gezet.
- Controle en toezicht op brandveilig gebruik
De controles brandveilig gebruik zijn vanaf 1 juni, na de eerste lockdown, voorzichtig weer opgestart tot ongeveer eind september. Vanaf begin oktober is weer gestopt vanwege de strengere coronamaatregelen.
Bij toezicht brandveilig bouwen zijn alleen de urgente zaken doorgegaan, dat gaat bij nieuwbouw om de noodzakelijke bouwcontroles en bij de bestaande bouw alleen de controles op verzoek van een gemeente. Daarnaast zijn diverse medewerkers anders ingezet vanwege de crisis, bijvoorbeeld in de ondersteuning van de GGD of ondersteuning van de bedrijfsvoering.